‘Tien argumenten om je sociale media-accounts nu meteen te verwijderen’

Ook soms last van dat vaag ongemakkelijke gevoel dat je te veel tijd doorbrengt op sociale media? Ergernis over de speciaal voor jou geselecteerde advertenties die moeilijk te negeren zijn? Dan ben je mogelijk vatbaar voor de argumenten van Jaron Lanier.

Jaron Lanier is geen outsider die van buitenaf kritiek levert, integendeel. Hij maakte als computer-wetenschapper en specialist in virtual reality in Silicon Valley deel uit van de incrowd, maar nam na verloop van tijd afstand en begon kritisch te schrijven en spreken over de uitwassen van het wereldje. Voor alle duidelijkheid: Lanier houdt geen betoog tegen het internet of de smartphone, wel tegen het fenomeen dat hij zelf benoemt als BUMMER (Behaviors of Users Modified, and Made into an Empire for Rent).  Met dat lange acroniem bedoelt hij het verschijnsel dat alles wat we op sociale media doen, waar we al dan niet op reageren, hoe lang we iets bekijken, waar we op klikken wordt opgeslagen en dat alle gegevens van miljoenen gebruikers statistisch worden verwerkt tot uiterst waardevolle data die aan de echte klanten van de sociale media, namelijk bedrijven, kunnen worden verpatst zodat zij ze kunnen gebruiken om ons op één of andere manier te beïnvloeden. Met andere woorden: we lopen allemaal op zak met een apparaatje dat geschikt is voor massale gedragsmodificatie en we staan bij dat toch wel zorgwekkende gegeven doorgaans nauwelijks stil.

Als dat op zich nog niet voldoende reden is om afstand te nemen van Facebook, Google, Twitter, Instagram, WhatsApp en consoorten heeft Lanier nog een heleboel andere argumenten klaar. BUMMER-bedrijven en hun platforms doen ons om te beginnen onze vrije wil verliezen. Ze werken op basis van stimuli die onze hersenen belonen met telkens kleine dopamine-shots. Het ideale recept voor verslaving dus. Het perverse aan het hele systeem is dat er ook een flinke dosis willekeur inzit, wat het verslavende potentieel nog versterkt, want mensen willen per definitie een patroon ontdekken, ook al is dat er niet.
Onze vrije wil wordt bovendien gedwarsboomd door het feit dat er lock-in ontstaat.  Als een app of medium eenmaal begint te werken, zit je eraan vast. Als iedereen Facebook gebruikt of WhatsApp zijn er geen alternatieven waar je naar kan overstappen wanneer je vervelende effecten opmerkt.

Nog een mooie: door sociale media word je asociaal. Niet dat we zonder meer in een stelletje aso’s veranderen, maar we hebben allemaal wel eens ervaren dat de impuls om ergens giftig op te reageren of andermans mening af te katten soms moeilijk te bedwingen is, zodat we wellicht met z’n allen een beetje naar de asociale kant opschuiven.
Lanier heeft over dat sociale aspect een aannemelijk theorietje. Hij beweert dat we allemaal twee basisinstellingen hebben: een roedelstand en een solitaire stand. In solitaire stand voelen we ons vrijer en blijer en creatiever, in roedelstand wordt interactie met anderen het allerbelangrijkste en voelen we veel groepsdruk. Zo raken we geobsedeerd door het verwerven of bevechten van onze plaats in de pikorde. Sociale media zorgen ervoor dat we permanent in de roedelstand staan, met alle gevolgen van dien.

Op sociale media wordt het onderscheid tussen werkelijk en fake ook alsmaar vager. We worden bestookt met fictieve reviews van producten of diensten, tweets die automatisch eindeloos worden geretweet en neppersonen die in een nieuwe online onderwereld worden gefabriceerd. Memes en nep-griezelverhalen afkomstig van bots kunnen voor een sfeer van paranoia zorgen. Onafhankelijke nieuwsmedia krijgen het moeilijk. Meer en meer lezers vinden immers de weg naar nieuwssites via BUMMER-platforms en dus wordt wat online komt sterk  beïnvloed door hoeveel likes en shares er te verwachten vallen.

Nog één van Jaron Lanier’s 10 argumenten is dat ons empathisch vermogen achteruit gaat. Niet alleen omdat iedereen op zijn telefoon bezig is en dus veel minder op sociale signalen van anderen let, maar ook omdat we allemaal steeds sterker gepersonaliseerde feeds te zien krijgen en geen idee hebben wat een ander in zijn feed ziet. Meer en meer leven we dus in een strikt eigen online wereld, wat het moeilijker maakt om ons te verplaatsen in de werkelijkheid van een ander. We hebben ook geen idee in welke mate content specifiek op ons is afgestemd. Mensen kunnen op deze manier groepsgewijs worden gemanipuleerd, waardoor de tegenstellingen en het onbegrip tussen groepen op termijn kunnen worden versterkt in plaats van verminderd.

Sociale media hebben ook alles in huis om ons ongelukkig te maken. Ze creëren onredelijke normen voor schoonheid of maatschappelijke status. We voelen druk om een verfraaid beeld over onszelf op te hangen omdat anderen dat ook doen en we niet willen achterblijven. Negatieve of controversiële posts doen het wat likes, reacties en shares betreft beter dan positieve, zodat de eersten relatief aanweziger zijn.

Verder ondermijnen sociale media volgens Lanier onze economische waardigheid. Het is een wereld waarin enkelingen sterrenstatus, macht en rijkdom verwerven, maar de grote meerderheid content levert zonder daar ooit voor te worden beloond. De auteur geeft het voorbeeld van de ontwikkeling van artificiële intelligentie. Dikwijls wordt daarbij het argument aangehaald dat wanneer er alsmaar meer slimme technologie wordt ontwikkeld, mensen vrijgesteld kunnen worden van ‘domme’ routinetaken. Wat er niet bij wordt verteld is dat AI ontwikkelen alleen mogelijk is  door gebruik te maken van ontelbaar veel data met betrekking tot intelligent gedrag van mensen. Meestal zijn die data verzameld zonder dat diegenen die ze aanmaken of leveren daarvoor worden vergoed. Vertaalprogramma’s kunnen bv. alleen gemaakt worden door zeer veel vertaald materiaal te gebruiken en vergelijken. De vertalers die oorspronkelijk de vertaalde teksten online hebben gezet, krijgen daar niet voor betaald.

Een heel verontrustende uitwas van sociale media is de toenemende impact die ze kunnen hebben op de politiek. Over de manier waarop de Amerikaanse presidentsverkiezingen in 2016 zijn beïnvloed, met inbegrip van Russische inmenging, is de waarheid nog niet bovengespit. Een heel typisch fenomeen is ook het volgende: een groep idealistische, goed opgeleide mensen maakt actief maar sereen gebruik  van sociale media om een zaak te behartigen en boekt daar op korte tijd successen mee. Al heel gauw trekt dit oplichters en schreeuwers aan en het lijkt erop dat hoe BUMMER in elkaar zit dit soort mensen de wind in de zeilen geeft. Idealisten worden bestookt met shitposts, er is geen ruimte meer voor gematigde boodschappen en de sfeer raakt verziekt. Denk maar aan de manier waarop bij ons zodra de klimaatjongeren een aantal succesvolle marsen hadden gehouden er gif werd gespuid en valse foto’s werden verspreid. Vaak wekken op sociale media ontstane oproepen voor meer rechten of meer faire behandeling van bepaalde groepen – denk bv aan #MeToo – ook een golf van uit onzekerheid ontstane woede bij andere groepen.

Het laatste van de 10 aurgumenten gaat erover dat sociale media overeenkomsten beginnen te vertonen met religies. Ze beroepen zich op de vrije wil, maar het lijkt er wel op dat je een stuk van je vrije wil inlevert om bij de club te behoren. BUMMER-platforms gaan uit van waarheidsclaims zoals bepaalde religies dat doen. Ze laten je geloven dat de juiste informatie voor je werd geselecteerd en verwachten dat je die zonder meer zal opnemen. Als je de mission statements van sociale-mediabedrijven leest, loopt je spontaan een rilling over de rug van het religieuze toontje. Facebook wil ‘een wereld creëren waarin iedereen een levensdoel en gemeenschapszin heeft’. Willen we zoiets echt overlaten aan een beursgenoteerd bedrijf dat in wezen door één persoon geleid wordt? En Google wil zowaar ‘een oplossing vinden voor de dood’. Via het met mysterie omgeven biotech-bedrijf Calico worden miljoenen dollars gepompt in onderzoek over levensverlenging. Verkoopt Google de meest kapitaalkrachtigen onder ons op termijn een langer leven?

‘Tien argumenten …’ leest als een wake-up call voor wie doorgaans gedachteloos op de golven van sociale media surft – en doen we dat niet bijna allemaal? De macht van de betrokken bedrijven schuilt in de enorme aantallen mensen die betrokken zijn en die potentieel kunnen worden beïnvloed en in de technieken die alsmaar gesofisticeerder worden. De auteur besteedt relatief weinig aandacht aan de alternatieven als je effectief van sociale media afgaat. Hij adviseert om 6 maanden te experimenteren: via e-mail met vrienden communiceren (maar dan niet gmail), rechtstreeks op nieuwssites lezen in plaats van door te klikken op sociale media, evenementen-sites raadplegen, je abonneren op nieuwsbrieven, … en daarna te evalueren. Wat je kan doen als je een bedrijf hebt,  sociale media gebruikt als communicatiemiddel met je klanten en daar een alternatief voor zoekt, daar heeft hij het helemaal niet over.  Zomaar die accounts verwijderen is een lastige optie. Toch nog een tip hierover. Wil je gebruik blijven maken van Facebook voor de communicatie met je klanten en moet je daarvoor noodgedwongen ook een persoonlijk account op je naam hebben? Installeer Newsfeed Eradicator als add-on in je browser en je newsfeed is voortaan leeg. Ook een prima manier om te kijken hoe je het zonder de voortdurende berichtenstroom stelt zonder meteen je account te deleten.  Minstens doorbreek je dan al de cirkel van het kritiekloos consumeren van al dat BUMMER-geweld.  

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.