Sinds de covidperiode had ik nauwelijks nog cash op zak gehad. Waarom zou ik? Even een swipe met die betaalkaart en klaar. Enkele maanden geleden besloot ik dat ik weer zo veel mogelijk contant zou betalen. In 'Cloudmoney' van Brett Scott vind ik hopen argumenten om daar vooral mee door te gaan. Er is een 'war on cash' aan de gang en voor ons allemaal is het belangrijk dat die niet in het nadeel van de fysieke briefjes en munten wordt beslecht.
Brett Scott is niet zomaar een onderzoeksjournalist die zich vanuit interesse in een project heeft vastgebeten. Hij heeft zelf gewerkt als effectenmakelaar en kent van binnenuit de financiële wereld, van de glanzende kantoren op 30e verdiepingen en hippe startups tot nerdy crypto-bijeenkomsten. In de korte biografie vooraan in zijn boek heet hij een ‘monetaire antropoloog’. Je kan hem ook beschouwen als een activist. Hij legt bloot wat er achter de marketingfaçade van banken en allianties in de financiële sector schuilt en draagt luid en duidelijk de boodschap uit dat we met z’n allen contant geld maar beter in leven kunnen houden.
Waarom dan? Is geld niet gewoon geld, om het even of het fysiek of digitaal is? Nee dus. Cash geld wordt uitgegeven door centrale banken, dat wil zeggen door staten, en is in dat opzicht geen commercieel product. Niemand maakt er reclame voor en zodra het in je portefeuille belandt, wordt het informeel en anoniem: niemand kan traceren waar je het aan uitgeeft, je kan het verliezen of in de hoed van een straatmuzikant gooien, het gaat van hand tot hand zonder dat er veel sporen achterblijven of er ergens kleine lettertjes in een contract staan.
Heel anders is het gesteld met digitaal geld. Het is strikt genomen van jou, maar is gebonden aan een contract dat je hebt met een bank, een commerciële instelling. Wat je bank ook mag beweren, haar eerste bekommernis is winstgevend zijn als bedrijf. Ze heeft een overeenkomst met jou die je garandeert dat ze, wanneer je erom vraagt, het cijfer op je bankrekening in baar geld uitkeert, maar verder staat het haar vrij jouw geld te laten circuleren, het te investeren, winst te maken op transacties die jij verricht enz. Hoewel de bankwereld het daar liever niet over heeft, is hacking een risico en ook bij rampen en crisissen is digitaal geld potentieel kwetsbaar. Denk maar aan stroompannes of bank runs. De bank beschikt ook over heel wat informatie over jou en kan die met partners delen zonder dat je je ervan bewust bent.
Banken hebben dus een aanzienlijke macht, die sinds een aantal jaren nog versterkt wordt doordat ze clusters en allianties gaan vormen met bedrijven en organisaties, allemaal gericht op hetzelfde doel: maximaal automatiseren en digitaliseren. Wat Brett Scott de ‘MoneyPassers’ noemt, bedrijven in de financiële sector die transacties faciliteren zonder zelf banken te zijn, zoals Visa en Mastercard, die kennen we allemaal en ze zijn al lang deel van het plaatje. Verder is er de groeiende sector van de zogenaamde fintech, spelers op de markt die oplossingen aanbieden om de financiële markt te automatiseren. Opvallende evolutie: bedrijven als Apple, Amazon, Google of het Chinese Alibaba dringen allemaal de financiële wereld binnen door eigen betaalapps te creëren. Op die manier krijg je wat Scott de fusie van Big Finance met Big Data noemt. Wat levert het op? Enorme winsten en onvoorstelbare hoeveelheden data die kunnen worden gebruikt om klanten aan te zetten tot nog meer kopen en betalen. Aan cash hebben deze bedrijven geen enkele boodschap, want dat is geld dat jij sowieso niet bij hen uitgeeft.
De grote middelen worden uit de kast gehaald om de anti-cashagenda door te drukken: telkens opnieuw wordt de boodschap herhaald dat cash gedateerd is en een rem op economische groei, dat digitaal staat voor handig, snel en slim, dat we op weg zijn naar de cashloze samenleving. Het wordt zo voorgesteld dat dit is wat de consument wil en dat je maar beter ‘mee’ kan zijn, want wie wil er nu achterblijven? Natuurlijk is het niet moeilijk om een bepaalde werkelijkheid te creëren als stelselmatig de live dienstverlening van banken wordt afgebouwd, geldautomaten verdwijnen, op vele plaatsen het gebruik van cash wordt ontmoedigd of zelfs geweigerd en initiatieven als Black Friday en Cyber Monday enorme boosts geven aan het online betalen.
Ook in de internationale arena wordt er met de ellebogen gewerkt. De VS en China proberen via hun financiële giganten in het globale Zuiden invloed te verwerven door het promoten van digitaal betaalverkeer via smart phones. Achter een mooie façade van filantropie, economische ontwikkeling bevorderen en gewone mensen toegang verlenen tot de ‘moderne wereld’ gaat het vooral om winsten en hard kapitalisme. Kleine lokale handelaars die vaak nog uitsluitend met cash werken worden uit de markt geduwd.
‘Cloudmoney’ samenvatten is onbegonnen werk, het is moeilijk om het boek recht te doen. Brett Scott schrijft heel meeslepend en met grote kennis van zaken over een potentieel saaie materie. Schitterend zijn de analogieën die hij uitwerkt om zijn betoog te verduidelijken, bijvoorbeeld die waar hij de evolutie van centralisering en automatisering van de dienstverlening bij de banken vergelijkt met een evolutie van sterrenchef naar kelner en van kelner naar het aanklikmenu in een hambugerrestaurant. Verhelderend zijn ook de hoofdstukken over de opkomst van cryptomunten en blockchain-technologie. Onder impuls van de financiële crisis van 2008 ontstond een streven naar decentralisering en financiële transacties zonder de tussenkomst van banken, maar intussen wordt de technologie gerecupereerd en ingelijfd door de grote financiële spelers. Tot slot wijst Scott op het feit dat toenemende digitalisering het veel makkelijker maakt om mensen te controleren, betuttelen of de toegang tot bepaalde diensten te weigeren. Leefloonontvangers die hun inkomen enkel aan toegestane producten in goedgekeurde winkels kunnen uitgeven? Het is een realiteit in Australië. Activisten of andersdenkenden wiens rekening geblokkeerd wordt? Helemaal geen science fiction of ‘dat kan alleen in China’.
Als je een leek bent in de materie zijn sommige delen van ‘Cloudmoney’ best pittige lectuur, maar Brett Scott loodst je er knap doorheen. Je wil absoluut weten hoe zijn verhaal verder gaat, tot en met die mooie laatste paragraaf: ‘Mijn argumenten voor de bescherming van cash zijn praktisch en politiek van aard, maar diep vanbinnen voer ik de strijd voor een persoonlijke kwestie. Het recht om vuil en fysiek te zijn. We zijn geen onsterfelijke superwezens met breinen die ingeplugd zitten in een AI-cloud, en dat willen we ook niet. We zijn rommelig en contradictorisch en die manier van zijn kan het best worden beschermd door een aardse incarnatie van geld. Cash is krediet dat zich voordoet als verbruiksartikel, gebaard door grote instellingen maar onder ons zwervend als een gezellige vriend onder vreemden. Het is kapitalisme dat de uitbreiding van kapitalisme tegenhoudt. Het is, in één woord, verbindend. Om het te gebruiken moet je traagheid en contradictie aanvaarden. In een frenetieke gepolariseerde wereld komt dat zowat neer op een vorm van meditatie.’
‘Cloudmoney – De strijd om cash, credit en crypto’, Brett Scott, Business Contact, 2022
‘Cloudmoney – Cash, Cards, Crypto and the War for our Wallets’, Brett Scott, Penguin Random House, 2022